27 december 2014
Marktgang op 24 december. Vanwege de regen had ik me in mijn zeilbroek gehesen. Een vriendinnetje slash oud-Warmonderhoffer had juist geen regenbroek aangedaan, omdat ze zin had om zich zeiknat te laten regenen. In Spanje, waar ze woont en tuint, zijn fietsen en regen de uitzondering. Eenmaal buiten bleek het enkel nog te miezeren en zei zij over de druppeltjes op onze gezichten: 'het lijken wel allemaal kusjes'.
Bij groentekraam 1 werden we door een dame van middelbare leeftijd verwelkomd met een: 'wat fijn dat jullie met dit weer gekomen zijn'. Mijn vriendinnetje was met twee missing ingrediënts voor het kerstdiner weggestuurd. Radicchio, er bleken twee soorten verkrijgbaar en waterkers, losse blaadjes lagen voor het grijpen en niet voorverpakt in een zakje. Ondertussen keek ze haar ogen uit, want er zijn geen boerenmarkten van dit kaliber, waar zij leeft. Zelf had ik geen zelf gekookte kerstdiners in het verschiet, maar een plukje veldsla voor mijn lunch die middag en wat bewaargroentes, zoals een spitskool en rood- en geelschillige aardperen, vond ik het wachten op mannen met intrigerende ogen bij twee kramen waard.
Omdat mensen serieus kerstinkopen - cranberry's en dergelijk - aan het doen waren en om frambozen vroegen en ik één beurt voorbij had laten gaan, omdat ik de mij onbekende verkoopster niet bliefte, was ik bij kraam 2 zo een kwartier verder. Ik werd er uiteindelijk begroet door een dame met: 'o ja, jij werkt daar niet meer.' Met 'daar' bedoelde ze groentekraam 1. 'Was het maar zo dat ik daar gewerkt heb' antwoordde ik, blij met het verworven imago van marktventer.
'Daar' had ik mijn paar groentes, de eerste bloedsinaasappels - 'ze zijn nog niet rood, omdat er nog geen vorst overheen gegaan is, maar het zijn wél bloedsinaasappels' aldus de ogenman - en kerst-attentie, een pot San Marzano tomaten, al in de pocket, toen ik bedacht dat ik nog een bergamot wilde om mijn thee te aromatiseren.
Naast de bergamot lag een citrusvrucht met grof bobbelige schil. De dichtstbijzijnde dame achter de kraam, kwam niet op de naam en begon uit te leggen dat je de schil kan inleggen en gebruiken in tulband en oliebollen. Mijn vriendinnetje kirde ondertussen dat die in Spanje, net als de verse incabessen, in het wild groeien. 'Sukade' zei ik. Ook wel cederappel, cedercitroen of muskuscitroen. Vervolgens ging de dame achter de kraam spontaan verder: 'en dit zijn citroenen om limoncello mee te maken'. Ik vroeg of het echt een limoncello-citroen is, waarna zij mij begon uit te leggen hoe je limoncello moet maken. Ik wilde eigenlijk alleen maar weten of die citroen speciaal voor limoncello geteeld wordt. Zij vroeg aan de ogenman na wat het voor citroen is. 'Salamita' zei hij. 'Oh, van Salamita' zei ik. 'Kom je daar vandaan, ben je daar geweest'? vroeg de dame verwonderd. 'Nee, ik ken de coöperatie uit Sicilië van naam.'
Na samenzijn met familie, was ik tweede kerstdag alleen thuis.
's Avonds trok ik de pot San Marzano tomaten open om er spontaan een Italiaanse broodsoep mee te maken.
Later dronk ik een gin-tonic met lime-kaviaar. Mijn kerstschat van de ogenmarktman. Wildpluk uit Australië, een vruchtje dat op een augurkje lijkt en doorzichtige 'eitjes' huist. Na doormidden snijden, druk je ze er zo uit.
Elk bolletje geeft na doorbijten een lime-explosie. Schijnt ook in geel, groen, roze en bordeaux te bestaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten