maandag 7 november 2016

PAP

Ik ben een papkindje. Nu het weer kouder wordt, heb ik ook acuut behoefte aan dat verwarmende en comfortabele van een kom dampende pap. Met Demeter ruwe rietsuiker uit Paraguay of Billington's demerara bruine suiker. Geen gemier meer met kokosbloesemsuiker of agavesiroop, waar ik in de Flevopolder een tijd zoet mee was, omdat ik toen minder (geraffineerde) suiker wilde eten. En Brinta vind ik gewoon met kristalsuiker het lekkerst. Dat was het ultieme ontbijt als ik in Den Haag bij mijn op de middelbare school opgedane liefde logeerde. Zelf woonde ik toen net op kamers in Zeist. Hij woonde vlakbij de Velpsestraat, vernoemd naar het vreselijke dorp waar ik opgroeide. Daar was griesmeelpap het eerste dat ik als kind zelf kon koken. 
Sinds ik het huis uit ben, doe ik mijn boodschappen overwegend biologisch, maar griesmeel uit de bio-winkel is het niet, te volkoren of zo en dat kenmerkende korrelige zit er niet in. Ze zeven het graan in Duitsland wel zodanig, maar daar ben ik niet meer zo regelmatig. Dus toog ik goed gemutst naar de grootgrutter voor 'gangbare' griesmeel. Was even zoeken, de verpakking is basic en blauw tegenwoordig. Pannetje Demeter melk, roeren en klaar, maar zoals ik al dacht, smaakt dat bordje pap niet naar vroeger. 
Proberen of ie het wel doet in de griesmeelpudding. De eerste keer dat ik het recept maakte, met Duitse griesmeel also, was het superköstlich. Maar sindsdien is de pudding niet meer zo gut gelungen. Meer schlagsahne misschien. Wat citroensap en -zest geven de pudding in rendier geval een aangename frisheid mee en amandelmeel versterkt de korrelige structuur. Wordt vervolgd, ergens aankomende winter.