dinsdag 9 april 2019

We hebben een markt-fotoboek!

Ik had de eer om tekst te schrijven voor een beeldend afstudeerwerk. Het resultaat is een prachtig fotoboek waarin de in's & out's van het aanbod, de producenten en de unieke sfeer van de Oogstmarkt  zijn vastgelegd. 

Het wat en waarom van de Rotterdamse Oogstmarkt
“Mag ik het gebruikelijke kropje sla?” vraagt een vaste klant. Plaats van handeling is het Noordplein, waar Rotterdamse Oogst het marktplein weer wekelijks in gebruik heeft genomen.
Zeker in de eerste helft van de vorige eeuw was het een levendige groentemarkt met aanvoer vanaf de Rotte. Aan elke verkoop, oftewel transactie, gaat interactie vooraf. Een markt gaat niet alleen over producten, een markt gaat over contact, over vertrouwen, over wederkerigheid, over het opbouwen van banden. Markt is een eeuwenoud gebruik die fungeert als ontmoetingsplek en een tijdloze aantrekkingskracht heeft.
Wat maakt de Rotterdamse Oogstmarkt nou bijzonder en waarom koos Linda ervoor om deze markt in beeld te brengen? Wat trok haar met haar camera naar grootstedelijk Rotterdam, terwijl ze zelf in een piepklein dorp woont? De Oogstmarkt is de markt die het dichtst bij haar staat. Haar moeder ging er heen samen met haar broer, zus en nichtjes. Hun moeder en oma is een paar jaar geleden gestorven, maar de andere familieleden blijven de markt trouw bezoeken. De charme en
kracht van de Oogstmarkt is ondermeer dat het om producten en producenten gaat die ofwel geproduceerd worden ofwel gevestigd zijn binnen een cirkel met een straal van 50 kilometer met de Coolsingel als middenstip. Centraal staan lokaal, vakmanschap, ambacht en eigengemaakt. Focus ligt op de teler, de (smaak)maker, de ontwerper en de kunstenaar. De nadruk ligt op de korte keten, het verhaal achter de boer, de oogst en het verwerkingsproces. Rotterdamse Oogst
wil de afstand tussen het platteland en de stad overbruggen, bewustzijn creëren voor wie ons voedsel maakt, stelt vragen over het voedselsysteem en zoekt naar verbetering, kwaliteit en
nieuwe waarden. Eén van de antwoorden is de wekelijkse samenkomst van de regionale producenten en het weerzien met de consument uit de stad. Oftewel: “wat je van dichtbij haalt, is lekker.”

Ontstaan Rotterdamse Oogst
Tien jaar geleden bedacht een clubje Rotterdammers dat ze een markt wilden in West. Ze besloten het zelf maar te gaan organiseren, Rotterdamse Oogst werd opgericht, maar al snel bleek dat een
markt er niet zomaar is. Het zou een slepend proces van vergunningen worden, waardoor ze eerst genoodzaakt waren festivals over lokaal eten neer te zetten. In 2013 was na allerlei spraakmakende acties en omzwervingen een markt op elke eerste zaterdag van de maand op het
Noordplein een feit. In 2015 werd uitgebreid met een markt op de derde zaterdag van de maand op het Heemraadsplein. Het was de plek waar de festivals populair waren en waar de markt eigenlijk bedoeld was te verrijzen, maar na een proefperiode van ruim een jaar bleek er te weinig klandizie te zijn voor een boodschappenmarkt. Het Noordplein hield stand en uiteindelijk heeft Rotterdamse Oogst geschiedenis geschreven door met een handtekening van de Wethouder in mei 2018 de eerste private weekmarkt van de stad te worden. Van het clubje initiatiefnemers is Gerda Zijlstra over als voortrekker, gangmaker en verbinder. Om haar heen staan een Stichtingsbestuur, marktmeester, vrijwilligers, de markters en de klanten.

Mijke’s verhaal over de groente van Gert van Herk

In het najaar verkocht ik de laatste knolselders met loof. Dan zijn er in de winter een aantal weken kale knolselders, omdat het loof meer bruin dan groen en niet veel soeps meer is. En dan midden
in januari verschijnen er ineens knollen getooid met een toefje frisgroen loof. Deze heeft Gert in het najaar van het land gehaald of zoals hij zelf zegt: een dotje knolselders uit de grond geklauwd. Hij maakt een bedje voor ze in de kas, waar hij ze in poot en de knollen na een tijdje weer gaan uitlopen. Best wat extra werk en tijd vond hij zelf voor op het oog extra vers, voor verlenging van
het seizoen. Ik zei dat hij daardoor een extra band opbouwt met die knolselders, wat eigenlijk niet gunstig is als het doel verkoop is. Natuurlijk hecht Gert zich niet aan zijn groentes, het is iets wat ik zelf misschien wel zou doen. Hij creëert meerwaarde voor de korte keten. De knolselders zijn extra groot en liggen net iets duurder dan in het najaar bij mij op de kraam. Aan de kist kleefde nog een
klodder Rhoonse klei. Ik maakte een vrouw blij met een bosje 'bladselder' door van elke knol een blaadje te plukken. Mijn manier van klantenbinding. Ze had de erwtensoep al klaar, maar wou de soep alleen nog garneren met wat selderij. 
De oorsprong van knol(selderij) ligt bij dezelfde plant, maar de knolselder is geselecteerd op de knol en de selderij is geselecteerd op het blad. Ze zijn nog steeds nauw verwant, maar het
uitgangsmateriaal bij zaaien en planten is dus niet hetzelfde. Als je het fijne zaad van knolselder ziet, kan je je niet voorstellen dat dat ooit uitgroeit tot zo'n grof en grillig wortelgewas. Op mijn
opleiding Warmonderhof zaaiden we ze half maart in een zaaibak, verspeenden we de kleine plantjes half april en half mei (na Ijsheiligen) gingen de planten de volle grond in om de knolselders
vanaf half oktober te oogsten. De eerste knolselders van Gert met knalgroen loof geuren in september vanaf mijn kraam de klant al tegemoet.

Het beeldverhaal door Linda


Linda geeft met haar foto’s een inkijkje in een aantal bedrijven die op de markt staan: van het land tot de productieruimtes. Op de markt zelf wordt ze met haar camera toeschouwer, maar blijft
tegelijkertijd onderdeel van het geheel, want daar ontkom je niet aan op de markt. Ze richt zich op de interactie tussen verkopers en klanten. Daarbij geeft ze een overzicht van de kramen die op de
weekmarkt staan. Het is de vaste kern, het kloppend hart dat elke week weer samen een markt maakt, waar (vaste) klanten boodschappen doen voor alle mogelijke gezinsconstructies. Van tweehonderd gram tot een kilo spruitjes, van 500 gram tot 5 kilo aardappelen, van een handje gedroogd fruit tot een meegebrachte pot met noten en zaden, van een onsje gorgonzola tot een pond boeren belegen, van een worst tot varkensbuik, van een zakje oregano tot flessen olijfolie, van een borrelbroodje tot een kilobrood, het gaat allemaal over de kramen. Wekelijks worden er manden gevuld al dan niet aan de hand van boodschappenlijstjes.

Voor mij is het een eer om de inleiding te schrijven voor dit fotoboek, om het verhaal achter de Oogstmarkt in woord vast te leggen. Veel mensen die op de foto staan, ken ik persoonlijk. Na ruim 5,5 jaar achter de kraam als groenteverkoper voel ik me deel geworden van een marktfamilie, waardoor de foto’s me direct raken. Maar ik ben ervan overtuigd dat ook voor wie nog nooit op de
Oogstmarkt is geweest, de beelden het complete verhaal vertellen. Voor diegene hoop ik dat het fotoboek als een uitnodiging werkt om onze markt te bezoeken, om te komen proeven en zich te
goed te doen aan het mooie aanbod. Kortom om zelf te ervaren wat deze markt zo eigen, charmant, sfeervol en bovenal tot een succes maakt. Dit boek geeft de voorzet met dank aan Linda en iedereen die deel is van de markt.